Van regenwoud tot tropisch eiland
Na een regenachtige laatste ochtend in Alice Springs namen wij het vliegtuig naar Cairns. We hadden geluk: alles verliep volgens schema. De dag ervoor hadden we verhalen gehoord van 3 uur vertraging, treinreizen die geannuleerd waren etc. Dit kwam mede door de extreme regen en stormen die over Alice trokken. Later hoorden wij dat dit het resultaat was van een cycloon die in West-Australie had huisgehouden. Anyways, onze vlucht had geen problemen en met de shuttlebus werden we vervolgens naar het Dreamtime Travellers Rest hostel gebracht. Helaas waren we de laatsten die afgezet werden, waardoor het nog een uur duurde!
Cairns deed in eerste instantie wat uitgestorven aan. We dachten toch echt dat we in het hoogseizoen zaten, maar de straten waren verlaten. Dit kwam ook waarschijnlijk door de regen (ja, alweer). Cairns zelf is een redelijk kleine stad waarin alles goed te belopen is. Het hostel lag op zich op een goede locatie, vlak achter een grote shoppingmall en op 10 minuten loopafstand van het centrum. Omdat het al avond was en we geen zin hadden om te koken, gingen we op zoek naar een betaalbaar (backpackersbudget, je vriend en je vijand) eetcafeetje. We vonden een leuke Ierse pub waar ze een ruime variatie aan 10 dollar-maaltijden (inclusief een biertje) hadden. Tom heeft weer eens een goed stuk vlees gegeten (en is dus weer op z'n oude energielevel) en Yvonne vis. Dat biertje bleek achteraf geen goed idee want het was Lariam-dag (anti-malariapil) en dat werkt niet zo lekker met alcohol in je maag. Reslutaat: brandend maagzuur. Maar goed, we mogen volgens de bijlsuiter allang blij zijn dat we niet depressief, suicidaal, of in psychische nood verkeren door dat medicijn, wat een rotzooi is dat blijkbaar!
De volgende dag hadden we gelukkig nergens meer last van. We hadden welgeteld 1 hele dag om Cairns te verkennen, en die begon bij de shoppingmall. Tja, ook op reis moet je af en toe wat boodschappen doen. Yvonne vond haar lievelingsparfum bij een drogisterij voor een belachelijk lage prijs dus dat kon ze niet laten liggen. Na zoveel maanden zonder make-up of parfum is dat toch wel weer erg vertrouwd en lekker. Verder nog wat dingen als usb-sticks, batterijen, en een goede wegenkaart gekocht. Nog even een heerlijke cappuccino bij Gloria Jeans en toen de rest van het centrum bekeken. Daar waren we op zich snel doorheen want het stelt niet veel voor. Wat wel erg aantrekkelijk was, was de enorme lagune die aangelegd was bij de boulevard. Een onwijs groot, openbaar buitenbad met genoeg plek om je handdoekje neer te leggen in de schaduw, een boekje te lezen en zelfs te BBQ-en als je dat wil. Op een warme dag als deze is dat onweerstaanbaar! We zijn toen maar teruggegaan om onze zwemkleding te halen en zijn de rest van de middag daar geweest.
De volgende ochtend mochten we onze huurauto gaan ophalen! We moesten hiervoor terug naar het vliegveld, aangezien het Thrifty-kantoortje daar zat. Met spanning wachtten wij af welke auto we toebedeeld zouden krijgen (en of Tom erin zou passen...). Het bleek een lichtblauwe 5-deurs Hyundai Getz 1.6 te zijn. Er stond nog maar 2400 kilometer op de teller, hij was net drie weken oud. Tom paste er goed in en aangezien het een automaat is hoefde hij ook niet te wennen aan het links schakelen. We waren hier dus wel erg blij mee. Die dag zouden we al gelijk een flink aantal kilometers afleggen, we hadden overnachtingen geboekt in Cape Tribulation. We hebben rustig aan gedaan, zijn gestopt in Port Douglas om even rond te kijken en toen door naar het plaatsje Daintree. We zagen wat aanplakbiljetten van een krokodillencruise en dat leek ons wel wat. Je mocht met je kaartje op deze plek een uur ‘cruisen' op zoek naar krokodillen, en dan een stuk verderop een volgende dag nog een keer. We waren mooi op tijd voor onze boottocht en konden nog even bij de auto lunchen. We hadden broodjes en beleg gehaald in Port Douglas en we hebben reisbestek bij ons. Lekker basic dus. Yvonne moest nog even naar de wc, maar aangezien die niet in de buurt was, maar in de bosjes gegaan. Dat was niet zo'n goed idee: een zwerm muggen of andere bijtende vrienden hadden haar snel gevonden en het resultaat was een huid vol rode, jeukende beten. En dan stil zitten op de boot, het vraagt wat discipline... De boottocht was wel onderhoudend, het is in deze tijd van het jaar moelijk om krokodillen te vinden. Maar we hadden geluk: er lag er een op een zandbank naast de rivier. We konden aardig dichtbij komen en die kop en vooral tanden zagen er niet al te vriendelijk uit. Het was niet de beroemde ‘fat Albert', waar iedereen een beetje bang voor is aangezien hij zo agressief en dominant is. Maar een goed tweede keuze. Om een uur of half drie maar doorgereden naar Cape Tribulation om nog een beetje op tijd aan te komen. Een paar milimeter op de kaart kan soms toch nog een paar uur reistijd inhouden. We moesten eerst de rivier nog over met een ferry en toen een stuk over een prachtige weg, tussen de bomen door, midden in het regenwoud! ‘Cape Tribulation, where the rainforest meets the beach', prachtig gezicht om links het regenwoud te zien en ook vlak langs het strand te rijden. Bij de uitkijkpunten zijn we dan ook gestopt om foto's te maken. We sliepen die nacht in Cape Trib Beach House, waar je alleen kon komen door over een stuk onverharde weg te rijden dat vol met kuilen en gaten zat. We sliepen in een hutje met wat stapelbedden. Het gebouw met douches en toiletten was iets verder, net als de algemene keuken. We gingen maar weer eens zelf koken en hadden pasta, tonijn en groenten gehaald bij de lokale supermarkt. Het was niet zo druk, dus we hadden de ruimte om te koken en te eten.
De volgende dag konden we eerst genieten van een ontbijt, waarvoor we vouchers bij het boeken van de accommodatie hadden gekregen. Daarna gingen we met de auto de Cape nog eens goed bekijken, en stopten we bij verschillende beginpunten van wandelingen. Die stonden allemaal prima aangegeven, wat het uitzoeken wel erg vergemakkelijkt. Na een paar korte boardwalks, wilden we wel iets meer avontuur en besloten we een tocht van 2,7 kilometer te doen die voor de meer ‘adventurous walker' bedoeld was. Hier moesten we oranje lintjes volgen door wat ruiger terrein, met steilere stukken waar je moest klimmen en goed moest opletten welke kant je op moest. Op zich erg leuk, ondanks dat het warm was en we behoorlijk aan het zweten waren. De muggen waren wel erg irritant, tegen die tijd zaten onze armen en benen onder de beten, ondanks dat we ons hadden ingespoten met muggenspul. Yvonne liep voorop en opeens riep Tom: ‘stop!!' Yvonne keek nog eens goed naar het pad voor haar en wat bleek: er krioelde een enorme slang voor ons op het pad! Voor iemand die nog nooit een slang in het wild gezien heeft was hij in ieder geval enorm, zo'n 1,5 meter. De slang gleed langzaam weg toen wij eraan kwamen maar echt haast had 'ie ook niet. We moesten dus even wachten. Waar Yvonne zich niet meer zo gemakkelijk voelde, voelde Tom zich zeker genoeg om een foto te maken. We hebben dus bewijs! De rest van de wandeling maar iets sneller gelopen... Daardoor gleed Yvonne wel een keer uit, waarvan twee blauwe knieen en een dagje mank lopen het gevolg waren (het was echt haar geluksdag). Na de wandeing vonden we het wel weer mooi geweest en besloten we nog even te zwemmen bij onze accommodatie (wat een zwaar leven). Wederom zelf gekookt en dat was alweer de laatste avond in Cape Tribulation.
Na twee bewogen dagen in het regenwoud van Daintree National Park en Cape Tribulation, was het tijd om door te reizen. Onze volgende bestemming was Townsville, omdat we graag naar Magnetic Island wilden, dat daar vlak voor de kust ligt. Aan het begin van de dag, het was inmiddels alweer 14 januari, zijn we eerst weer via de lange en prachtige weg richting de Ferry over de Daintree river gereden. Direct na de ferry konden we onze tweede krokodillencruise maken. Deze keer werden we met koffie onthaald en moesten even tot 10.00 uur wachten. Ondertussen kwam er een groep mensen die op dagtour waren aan, en weldra gingen we met z'n allen de boot op. Onze gids, Jan, bleek een heel aardige vent te zijn die hele verhalen over de krokodillen, waterstanden en mangrovebomen kon vertellen. We hebben hem nog even gevraagd of hij de slang die we een dag eerder op onze wandeling waren tegengekomen kon identificeren; het bleek een Ground Python te zijn geweest. Dat is een wurgslang, maar het was nog een kleintje want ze kunnen 6 meter worden! Hmmm... Anyways, het was een mooie vaart over de rivier. Helaas door het hoogtij geen krokodillen gezien, maar wel mooie bomen en uitzichten langs de rivier. Om een uur of 11.00 waren we weer aan wal en toen was het de hoogste tijd om te vertrekken aangezien we nog ongeveer 450 kilometer te rijden hadden naar Townsville. Al snel bleek dat je in Australie, en met name in de buurt van de steden, meer tijd nodig hebt om je kilometers te maken dan in Europa. Plaatsen liggen letterlijk naast de snelweg waardoor je telkens moet afremmen als je door bewoond gebied rijdt, bovendien mag je maximaal 100 rijden. Ook het inhalen van vrachtwagens en overig langzaam verkeer duurt veel langer omdat je maar 1 baan tot je beschikking hebt en dus moet wachten tot er weer een tijdelijke inhaalbaan bijkomt. Daardoor kwamen we uiteindelijk pas om ongeveer 17.30 uur aan in Townsville. We hadden gelukkig al wel een hostel besproken, dus dat scheelde weer. Aangekomen bij Civic Guest House bleek er niemand bij de receptie te zitten. We moesten een nummer bellen en toen kregen we iemand aan de lijn die instructies gaf om een kluis ergens te openen en onze sleutel eruit te halen. Zo laat waren we nu toch ook weer niet? De sleutel lag er inderdaad, dus toen op naar onze kamer door een aantal intens treurige gangen met weinig licht waar her en der, maar vooral in de buurt van de badkamer, een natte hondenlucht hing. De rest van de gang rook gewoon muf en schimmelig. Niet echt een goede binnenkomer. Onze kamer bleek heel klein en oud te zijn, maar gelukkig wel schoon. Sowieso is de hele inrichting van de guest house meer dan versleten en oud en ook nog gebrekkig schoon (zeker ook de keuken, zo bleek de volgende ochtend. Daar zat een enorm grote kakkerlak zijn kostje bij elkaar te scharrelen op het aanrecht). Het was gelukkig maar voor 1 nacht, want de volgende dag zouden we naar Magnetic Island vertrekken. Na 'ingecheckt' te hebben zijn we maar even Townsville ingegaan. Want een dooie boel. De zogenaamde bruisende straten waren leeg en stil en het plaatselijke winkelcentrum deed ons denken aan Petuniatuin in Zoetermeer, intens treurig dus!
Die nacht hebben we zowaar goed geslapen en zijn vrij vroeg opgestaan om de ferry naar Magnetic Island van 8.45 uur te kunnen halen. Nadat we onze auto op de longterm carpark hadden gezet waren we ruim op tijd voor de ferry, welke op tijd vertrok en ons in 20 minuten naar Nelly Bay op Magnetic Island bracht. Inmiddels was het alweer prachtig weer, heerlijk! Aangekomen in Nelly Bay eerst bij een informatiepunt accommodatie voor die nacht geboekt en gelijk voor 24 uur een Moke gehuurd, dat is een soort buggy zonder dak of deuren die je overal ziet op Magnetic Island en ideaal is om het kleine eiland meer te verkennen. We werden opgehaald door de eigenaar van het verhuurbedrijf in een gare Moke, die klaarblijkelijk voor ons bedoeld was. Onderweg naar zijn kantoor begon hij over de optie om voor 10 dollar extra een Suzuki 4x4 te huren omdat je dan ook naar de afgelegenere delen van het eiland kan rijden (waar de Moke niet heen mag). Terwijl wij daar even over nadachten zei hij dat het eigenlijk geen doen voor Tom was in de te kleine Moke en hij ons dus zonder extra kosten de 4x4 mee zou geven. Bonus! Het bleek om een rode, en zeer oude, Suzuki Vitara 4x4 te gaan. Het dak kon er helemaal vanaf en benzine hoefde we ook niet te betalen, weer bonus! De auto hoefde niet op slot gezet te worden (alleen de sleutel uit het contact halen) en het dak mocht er permanent vanaf blijven, hij was toch al zo oud. We besloten het er gelijk van te nemen, aangezien we pas om 12.00 uur konden inchecken in ons hostel, en direct naar Westpoint te rijden, daar waar alleen 4x4 auto's mogen komen. Waarom die daar alleen mogen (en kunnen) komen werd ons al snel duidelijk. De laatste 5 kilometer van de weg was onverhard en vol met gaten, kuilen, richels en kleine riviertjes. Het is echt fantastisch om met je auto door een stroom water te roetsjen! Dat heeft Tom altijd al eens willen doen. Geweldig! Na een tijdje liep de weg dood bij een strandje met een prachtig uitzicht over de baai en het vaste land, dat was Westpoint. Adembenemend. Het leek ons wel een leuk idee om een foto te maken van de auto op het strand, met het water enzo als achtergrond. Tom was inmiddels een beetje overmoedig geworden (en had te veel vertrouwen in zijn offroad capaciteiten) en reed prompt het strand op, maar het zand bleek wel heel erg mul en diep te zijn. Binnen de kortste keren zaten we muurvast en slipte de achterbanden door. Helaas konden de achterwielen niet gesperd worden en dus restte ons niets anders dan de achterbanden met de hand uit te graven. Na vele pogingen en frustraties bleek dit niet te werken, we zaten op dit afgelegen punt echt vast. Shit! Maar we haden enorm veel mazzel omdat er net een man in quad bike op ons afkwam en aanbod om een grote 4x4 te halen om ons eruit te trekken. 5 minuten later kwam er inderdaad een hele grote auto en die trok ons zonder moeite uit het zand: pfoeh wat een opluchting! We namen ons direct voor nooit meer in de buurt van mul zand te rijden, 4x4 of niet. Na dit avontuur (en met het beschadigde ego van Tom) konden we gelukkig nog genieten van de omgeving en daarna terug rijden naar de verharde weg. Inmiddels konden we inchecken bij ons hostel: Magnum on Magnetic. Dat bleek een vrij groot terrein met 2 zwembaden, een restaurant, winkels en een gokhalletje te zijn. We kregen een kamer met eigen badkamer en airco vlakbij het zwembad toegewezen. Perfect. De rest van de middag hebben we gezwommen, uitzichtpunten bekeken en nog een andere 4x4 route gereden over steile hellingen en dalen. Ook dat was fantastisch, gelukkig niet weer vastgelopen. 's Avonds bij het hostel gegeten en toen het donker werd op het strand nog wat gedronken. Wat een prachtig eiland en wat een heerlijke dag!
Vandaag, 16 januari, hebben we Magnetic Island alweer verlaten. Op 17 januari moeten we ons namelijk melden in Airlie Beach voor onze 2 daagse zeilcruise langs de Whitsunday Islands. Dat moet echt een paradijs worden! Vanochtend hebben we besteed aan het terugbrengen van de auto (jammer, maar het was geweldig), een stukje lopen door de hitte (het bleek om 10.00 uur al veel te warm om te lopen) en luieren aan Alma Bay. Wat is het toch prachtig en tropisch op Magnetic Island! Om 15.00 uur hebben we de ferry terug naar Townsville genomen en zijn naar ons Orchid Guest House gereden. Gelukkig deze keer geen treurige zooi maar een leuk huis met 8 schone en frisse kamers, zij het geheel in de Engselse bloemetjesstijl ingericht (maar dat mag de pret niet drukken). Aan het eind van de middag nog gezwommen in het openbare zeezwembad van Townsville en lekker geluierd. Morgen is het vroeg op om de laatste 200 kilometer naar Airlie Beach af te leggen en dan om een uur of 14.00 de boot op te stappen voor onze cruise. We hebben er weer zin an...
Reacties
Reacties
Leuke verhalen jongens en lekker spannend allemaal.
We genieten ervan.
Groet.
Haha, je belt "Van Marwijk" maar!
Veel plezier, en let inderdaad goed op dat jullie niet te snel rijden: wij zijn daar drie keer "de sjaak" geweest.
Gaan jullie nog duiken/snorkelen bij de Whitsundays?
En nemen jullie genoeg drank mee voor de zeilcruise (als het BYO is)?
Groetjes,
Edwin
Hoi Yv en Tom!
Leuk om van jullie belevenissen in Australië te lezen, herkenbaar ook, behalve dan van de ontmoeting met de slang...! Heel veel plezier op de Whitsundays, ik ben jaloers...;)
xEva
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}